Beschermt optimisme tegen depressiviteit?

Optimisten zijn vaak ijverige doorzetters, maar dat is niet de voornaamste reden dat psychologen als Seligman een optimistische instelling aanbevelen. Optimisme biedt bescherming tegen depressiviteit, terwijl pessimisme juist een risicofactor is. Volgens het Amerikaanse instituut voor geestelijke gezondheidszorg is depressiviteit de belangrijkste oorzaak van arbeidsongeschiktheid voor Amerikanen van 15 tot 44 jaar en heeft jaarlijks bijna 7 procent van de Amerikanen er last van. In 2006 pleegden 33.000 Amerikanen zelfmoord en leed 90 procent van hen aan een diagnosticeerbare geestelijke aandoening, meestal depressiviteit. Onder Europeanen lijden al net zoveel mensen aan depressies. In Groot-Brittannië ligt het aantal gevallen van depressiviteit rond de 10 procent. In Europa als geheel is zelfmoord in de leeftijdsgroep van 20 tot 44 de op één na belangrijkste doodsoorzaak (na verkeersongelukken) met meer dan dertig procent van het aantal doden onder jonge volwassenen. Het Europese zelfmoordcijfer vertoont grote geografische verschillen: Helsinki heeft het hoogste (314 per 100.000) en Guipuzcoa in Spanje het laagste (45 per 100.000). Uit recent onderzoek blijkt de effectiviteit van antidepressiva bij de behandeling van milde of gematigde vormen van depressiviteit twijfelachtig te zijn, al lijken deze middelen bij ernstige depressies wel effectief. Psychoanalyse helpt in het algemeen niet tegen depressiviteit. Seligman stelt in Learned Optimism dat we misschien wel zonder het te beseffen een depressievriendelijke omgeving hebben geschapen door het eindeloos bespreken en analyseren van onze persoonlijke problemen, een proces dat onder psychologen bekendstaat als ruminatie (ofwel malen). Vooral jonge meisjes kunnen gevoelig worden voor depressies en angststoornissen als ze veel vriendinnen hebben met wie ze lekker kunnen doorzagen over de dingen die mis lijken te gaan in hun leven.