Afrekenen met angst.

De meeste angsten waar mensen mee kampen zijn psychologische angsten, ze zijn gerelateerd aan onze sociale omgeving, aan de interacties met mensen om ons heen. Ze zijn te herleiden tot een collectieve basisangst: de angst voor afwijzing. Het is verbazingwekkend hoeveel van het menselijk gedrag wordt gemotiveerd vanuit deze angst. Of andersom: de behoefte aan goedkeuring. De vrees wijst direct naar de wortel van de menselijke conditionering: ‘Ik deug  niet, ik ben niet goed genoeg’. Een aanname die de meeste mensen in hun vroege kindertijd zijn gaan geloven, en die vaak nog steeds hun leven regeert als ze al lang en breed volwassen, of zelfs bejaard zijn. Doordat men ergens nog steeds gelooft in dit idee, blijft men, meer of minder subtiel, een leven lang bidden om erkenning. Op duizend en één manieren zijn we bezig om dat gevreesde gevoel van afwijzing te vermijden. Maar de angst is niet reëel, in die zin, dat er meestal geen sprake is van een directe bedreiging. We worden alleen maar gekweld door een idee. Maar dit hele idee zou weleens niet waar kunnen zijn!

In plaats van in angstideeën te geloven, kun je ze in twijfel trekken, onderzoeken op waarheid. Die manier van kijken zal ertoe leiden dat dit soort overtuigingen hun impact verliezen. Angst gedijt uitstekend in onbewustheid. Wanneer we niet kijken, niet onderzoeken, dan doet angst goede zaken. Maar wanneer we onverschrokken het volle licht van ons bewustzijn op de angst richten, dan blijft er weinig overeind van alle spookverhalen. Dan wordt duidelijk dat er eigenlijk niets is om angstig voor te zijn!

Bron: Erik van Zuydam, De ontdekking van het NU